#10: Het Grote Gasincident

Gepubliceerd op 5 oktober 2025 om 14:36

Over harde feiten en zachte waarheden
Of: hoe ik, de Dikke Darm, de controle verloor en niemand het doorhad

Ingezonden door: De Dikke Darm
Namens het Gehele Gastro-Intestinale Front
Met steun van de Dunne Darm, de Endeldarm en de Gasbrigade Zuidflank

Gepubliceerd in De Prostaatpers

Het begon zoals zoveel dagen beginnen: in schijnbare harmonie.
Een beetje kamillethee, een klein volkorencrackertje dat loom uit de slokdarm neerdaalt, een vleugje hummus – niets leek erop te wijzen dat er die avond een storm zou opsteken in mijn gangenstelsel. Maar dat is nu precies het lot van een dikke darm in 2025: nooit weten wat er aankomt, wel altijd de schuld krijgen als het misloopt.

Ik ben een doorgewinterde vakman. Warm, knedend, met een zekere ouderwetse degelijkheid schuif ik halfverteerde hoopjes door, herverdeel vocht, verleg wind en druk. Ik produceer volgens het boekje – of toch, ik dénk dat ik dat doe. Maar sinds Mr willy, die kankerlijer, medicatie slikt waar zelfs een geitenmaag van zou gaan steigeren, ben ik mijn grip kwijt.

Soms is het keihard. Soms een diarreevloed waar zelfs de Maasdammer onder zou bezwijken. En wie krijgt de schuld? Ik. Altijd ik. “De darm functioneert niet goed,” brommen de hersenen. “De darm moet anders eten,” zucht Mevr willy. Maar niemand durft te zeggen wat ik al jaren weet: Mr willy vertikt het om zijn eetpatroon aan te passen. Vezels? Water? Regelmaat? Vergeet het maar. Hij denkt dat ik een toverdrum ben die alles verwerkt – van vettige kroket tot driedubbele cappuccino.

Die avond liep het dus fout.
Omstreeks 22:41 kwam een eerste golf – een compacte massa, zwaar, met een luchtigheid die niet te vertrouwen viel. Ik segmenteerde, kneep, herverdeelde, maar de toevoer bleef komen. De Gasbrigade Zuidflank meldde drukverhoging in kamer 3. De Endeldarm riep “code oranje”. De sluitspier was op rust en liet een voicemail achter.

En toen gebeurde het.
Geen explosie, geen knal.
Maar een zucht met inhoud, een nattige fluistering, net luid genoeg om het matras te verrassen. In de slaapkamer mompelde Mr willy iets over verkeerde thee en ouderdom. En weer dacht niemand aan mij.

Sinds de prostaat verdwenen is, is het evenwicht zoek. De blaas denkt dat hij alles mag. De sluitspier komt alleen nog opdagen bij daglicht. De hersenen zijn te druk met sudoku’s en zelfmedelijden. Ik ben de enige die dag en nacht paraat staat. Maar als het misloopt, zwijgt iedereen en kijkt naar mij.

Altijd wij, de darmen. Altijd de schuldigen, nooit de lof.

Ik schrijf dit niet als klacht, maar als getuigenis. Want iemand moet het zeggen: wij kneden, wij dragen, wij herinneren ons elk incident. En soms ontsnapt er iets dat gehoord moet worden.

Getekend,
De Dikke Darm
Wachter van de Nacht,
Kneder van het Onbesprokene,
En vaste kracht onder alles wat beweegt