Hieronder vind je de volledige tekst uit de twee afbeeldingen, in de juiste volgorde samengevoegd:
Gewijde geschiedenis
“In den beginne schiep God de hemel en de aarde. De aarde nu was woest en ledig, en de duisternis lag op de vloed, en de Geest Gods zweefde over de wateren.”
En toen begon het spel.
The biggest show on earth, want God begon te scheppen. Met veel lichteffecten en veel geweld van water, donder en bliksem en winden die woeien... Dat moet wat geweest zijn in het begin, ik kan me dat levendig voorstellen. Zes dagen lang show van ’s morgens tot ’s avonds. Nooit gezien. Een première zonder generale repetitie. Licht aan, floep, een stekende zon, licht uit, floep, en duizenden sterren aan de hemel, en de maan.
Woeps, de Stille Oceaan, en abracadabra: miljoenen vissen en vogels. Je moet dat maar kunnen. Dat was nog eens televisie. Klank- en lichtspel in het groot.
Mijn dochter, die haar Plechtige Communie doet, weet daar eigenlijk zo goed als niks over.
Van Ethiopië en Nicaragua wel. Dat is natuurlijk ook wel belangrijk, en het milieu ook, met de zure regen.
Maar toch, ze zou toch ook moeten weten hoe het allemaal begonnen is.
Wij leerden dat, en nog veel meer, vroeger, in onze Gewijde Geschiedenis, een beknopte versie van de Bijbel, het meest verkochte boek aller tijden.
Ik zie me daar ’s zaterdagsavonds nog altijd zitten in lezen. Wij hebben net onze wekelijkse grondige reinigingsbeurt gehad, met warm water en sunlight-zeep, alles was proper.
“En zie dat ge u niet meer vuil maakt, want morgen is het zondag.”
Dat was toen de dag des Heren en dan moesten ziel en lijf smetteloos zijn. Wij bereidden ons daarop voor in onze Gewijde Geschiedenis.
Met het verhaal van Daniël in de leeuwenkuil, en de kuise Suzanna en die drie vuile, smerige, oude, vieze, heimelijke leugenaars, die de onschuldige Daniël erin luisden.
Maar het kwam gelukkig allemaal weer goed.
En het verhaal van Jozef. Jozef in Dothan. En ook in de put, door zijn broers nog wel. Ruben onder andere. En zijn kleed hadden ze verscheurd en gedrenkt in het bloed van een geitebok of zo, om zijn vader te doen geloven dat Jozef, zijn troetelkind, dood was.
Mooi verhaal.
En Mozes in zijn mandje. In Egypte. Van die dingen, die alleen maar in de Bijbel konden, want bij ons op de beek was er nooit een mandje.
Trouwens, als je een baby in een mandje op het water zou zetten, verzoop hij hopeloos. Wij hebben het ooit geprobeerd. Met onze hond erin. Die kon gelukkig zwemmen.
En Abraham. En het brandende braambos. En dat water, dat zomaar uit de rots spoot. En het manna, dat uit de hemel viel. Duizenden kilo’s witte, gezeefde bloem, allemaal gratis. Dat had ik zo graag willen meemaken.
Absalom, die met zijn lange haren in de struiken bleef hangen. David met zijn slinger om de reus Goliath te verslaan. Als een blok sloeg hij tegen de grond en de hele streek daverde.
En de Zondvloed met Noë en zijn Ark.
Toen maakten ze nog wat mee.
Dat waren nog eens tijden.
Met Samson!
Alle respect voor John Massis, maar Samson was sterker. En die zorgde dat er voldoende werk was in de bouw.
Laat maar weten als je dit in een ander formaat of stijl wil!