De Mislukte Dood van Buurman Dries

Gepubliceerd op 27 augustus 2025 om 12:56

Buurman Dries is al jaren stervende.

Dat zegt hij toch. “Morgen is het zover,” kondigt hij plechtig aan, terwijl hij een koekje sopperig in zijn koffie laat verdrinken. En telkens als ik hem zo hoor, denk ik: morgen is hij weg. Maar de volgende ochtend hoor ik zijn sloffen weer schuifelen op het trottoir, alsof de dood opnieuw het verkeerde adres heeft ingetikt.

Het is een vertrouwd ritueel geworden: Dries die met een ernstig gezicht zegt dat zijn hart gisteren “op drie kwart” is blijven steken, dat zijn longen “als oude blaasbalgen piepen” en dat de dokter hem hoogstens nog een week geeft. Alleen die dokter lijkt er niks van te weten en raadt hem vooral meer beweging aan. Waarop Dries prompt naar de bakker stapt voor een puddingkoek en een pakje sigaretten.

In het begin lachten we erom, knikten begrijpend, en fluisterden achteraf dat het nu wel echt niet lang meer kon duren. Maar gaandeweg kwam de twijfel: misschien is Dries slimmer dan wij allemaal. Misschien is dit zijn manier om de dood af te houden: hem elke dag uitnodigen voor koffie, zodat hij uit beleefdheid weigert.

En toch, soms geloof ik hem even. Als hij daar weer halve nachten ligt te hoesten, zo luid en rauw dat ik erdoorheen wakker word, dan denk ik: dit klinkt alsof hij écht de longen uit zijn lijf aan het niezen is, alsof hij elk moment kan stilvallen. Maar dan hoor ik de volgende ochtend opnieuw zijn keukenstoel kraken en ruik ik de geur van verse koffie én een nieuwe sigaret. Het is alsof hij telkens met één been in het graf staat en met het andere in de rij bij de bakker.

Onder die komedie voel je de ernst. Er zit een eenzaamheid in Dries’ ogen wanneer hij weer eens een nieuwe sterfdatum aankondigt. Alsof hij met dat theatrale sterven de leegte wil vullen, de aandacht wil vasthouden, bang dat er anders niemand meer luistert. En ergens herken ik dat. Want hoeveel galgenhumor ik ook maak over mijn eigen prostaatkanker, hoeveel blogs ik ook schrijf om de zwaarte wat lichter te maken — de angst blijft. De angst om te verdwijnen, om vergeten te worden.

En misschien verschillen Dries en ik minder dan ik dacht. Hij kondigt luid zijn dood aan om zichzelf ervan te overtuigen dat hij nog leeft. Ik schrijf mijn verhalen om dezelfde reden. Alleen gebruik ik woorden in plaats van puddingkoeken.

Want eerlijk is eerlijk: ook ik ben al jaren aan het sterven. Palliatief, heet dat dan. Alleen doe ik het met minder drama, of toch met een ander soort drama — eentje dat ik probeer te vangen in zinnen. Dries houdt zich vast aan zijn mislukte dood, ik aan mijn mislukte eeuwigheid van blogs. En zolang we dat blijven doen, bestaan we nog.

Morgen gaan we dood. Maar voorlopig is het nog vandaag.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.