
Over prostaatkanker bestaan al bibliotheken vol studies. Over PSA, behandelingen, bijwerkingen, en ga zo maar door. Maar nu is er voor het eerst een onderzoek dat niet over onszelf gaat, maar over de mensen die dag in dag uit naast ons staan: onze partners.
Want eerlijk is eerlijk: zij krijgen heel wat te slikken. Een man met prostaatkanker verandert — soms in gedrag, vaak in stemming, en bijna altijd in zijn lichamelijke mogelijkheden. Daar komt bij dat communicatie stroever loopt, intimiteit onder druk staat, en er taboes bestaan rond dingen als incontinentie en seks.
En vooral dat laatste. Incontinentie is, hoe vervelend ook, grotendeels een probleem voor de patiënt zelf. Seks daarentegen raakt vooral de partner. Voor onszelf verdwijnt het libido door hormoontherapie als sneeuw voor de zon. En hoe kun je iets missen waar je simpelweg geen zin meer in hebt? Je kunt hoogstens wat mijmeren over de goede oude tijd, maar verder klapt dat hoofdstuk gewoon stilletjes dicht.
Voor de partner — fysiek gezond, met verlangens die niet worden onderdrukt — is dat een heel ander verhaal. Daar wringt het, en daar wordt vaak niet over gesproken.
En je partner mag dan officieel niet “de patiënt” zijn, ze wordt er wel elke dag mee geconfronteerd. Dat zie ik ook bij mezelf en Mevr willy. Ik loop vrolijk rond te doen dat ik het allemaal wel red, maar zij voelt de buien, de vermoeidheid, de ongemakken én de stiltes net zo goed. Alleen zonder dat er een medisch team voor haar klaarstaat.
De resultaten van dit onderzoek, meer een enquête eigenlijk, zijn nu verschenen in Prostaat-info, het nieuwsblad van “Wij Ook, Belgium”. En ook al vind ik dat ze er nog niet echt “to the point” op ingaan, en er eigenlijk weinig verrassends in staat, toch leek het me zinvol om ze hieronder weer te geven.



