
Recyclageparken? In de goeie ouwe tijd wisten ze niet eens hoe je dat moest spellen. Afval sorteren deden enkel de honden, die verstopten hun botten. De mensen groeven wat dieper en kieperden er gewoon alles bij.
Pa Willy siersmid van beroep en dus goed voorzien van kilo’s overschotijzer, was daar een meester in. Alles wat rammelde, kraakte of overbodig werd, verdween onder de zoden. Geen mens die er ooit nog naar keek.
En zo gebeurde het dat ik, jaren later, bij de aanleg van mijn tuin een eindeloze hoeveelheid steen en ijzer uit de grond heb gesleurd. Met bloed, zweet en tranen, want geloof me: die man had een verborgen staalfabriek onder ons gazon gesticht.
En nu dacht dat ik na die eerste veldslag alles opgeruimd had. Maar nee hoor, niks is minder waar. Pa Willy heeft meer geheimen onder de grond gestopt dan de maffia in Napels.
Deze week begon ik aan een bamboeveldje. Geen woekerende jungle — nee, Mevr Willy stond erop dat ik een beschaafde soort koos, eentje die niet stiekem tot in de slaapkamer kruipt. Maar omdat ik mijn eigen wantrouwen beter ken dan wie ook, groef ik toch maar een greppel en plaatste een bamboescherm. Veiligheidshalve.
Negen meter lang, vijfentwintig centimeter breed en 60 centimeter diep. Pfff. Voor een oude kankerlijer is dat al een Olympische discipline op zich, maar toen begon pas de échte pret: de oogst. Vijftig kilo stenen, en een volle kruiwagen oud ijzer. Bouten, moeren, stukken hekwerk, halve werktuigen — je zou denken dat ik op een archeologische site stond van de ijzertijd.
Ik zweer het, moest ik ooit te weinig geld hebben voor het bejaardenhuis, dan hoef ik geen geld van het pensioenfonds. Gewoon de tuin verder uitgraven, en ik heb meteen een eigen schroothandel. Pa Willy, de siersmid, lacht intussen vast in zijn graf. Zijn erfenis ligt letterlijk onder mijn voeten.
En ik? Ik zit intussen te bekomen aan de PC. Met een rug die kraakt als een roestige deur en handen vol blaren. Maar kijk, straks staat er wel een veldje bamboe. Met wortels die zich diep in het verleden kunnen verankeren — net als ik, al weet ik niet hoe lang nog.
Nou,Pa, bedankt hé. Had je nou nog een paar goudstaven verstopt, dan was het sop tenminste de kool waard geweest.
