Lummelen met Toewijding

Gepubliceerd op 11 november 2025 om 09:58

Er zijn mensen die fanatiek trainen voor een marathon, een triatlon of een sabbatjaar in Santiago.
Ik niet.
Mijn levenswerk is veel bescheidener en tegelijk véél moeilijker: lummelen achter mijn PC. Urenlang. Nietsdoen. En ondertussen een eindeloos filosofisch festival houden in mijn hoofd.
Dat klinkt lui, en dat is het natuurlijk ook. Maar het is wel een kunst. Jaren heb ik geoefend op die perfecte houding: niet zitten, niet liggen, maar zo’n elegante afzakkende s-curve waarin je hoofd net niet van je nek rolt en je ogen vanzelf richting scherm glijden. Het toetsenbord ligt erbij als archeologisch vondststuk, de muis dient enkel om met de plechtigheid van een dirigent een symfonie van doelloosheid te begeleiden

 

En dan begint het serieuze werk: filosoferen. Over de zwaarte van het bestaan (“waarom smaakt cappuccino thuis anders dan in Duitsland?”), over de kosmos (“is mijn chemobrein misschien een parallel universum?”) of over grootse cultuurgeschiedenis (“wie was die gek die gladiolen op een fiets vervoerde?”). Mijn hoofd produceert gedachten zoals een printer met een kapotte toner: vaak streperig, soms leeg, maar altijd met de overtuiging dat het belangrijk lijkt.

Het mooie is: ik hou dat úren vol. Waar gewone stervelingen na tien minuten schermstaren beginnen te geeuwen, zet ik er een halve dag mee door, met alleen Nina Simone op de achtergrond en een kwijlspoor dat langzaam richting kin loopt. Het voelt als topsport, maar dan zonder applaus of zweetband.

Voor buitenstaanders oogt dit allemaal als complete luiheid. Vooral mevr willy heeft het er soms lastig mee. Zij  vindt het verdacht dat ik roerloos voor een scherm zit en geen teken van leven geef. Zij denkt dan: “Die man doet niks.” Waarop ik, als een monnik in sabbatmodus, plechtig zeg: “Klopt. Maar ik doe het met toewijding.” Zij fronst, ik filosofeer, en de vrede keert pas terug wanneer ik beloof het vuilnis buiten te zetten. Wat ik dan drie dagen later doe, wanneer mijn hoofd even geen intergalactische omwegen maakt

En ja, ergens is er dat kleine duwtje van de hormoontherapie. Waar anderen zeggen dat het je vertraagt, noem ik het een upgrade. Mijn brein draait nu op een soort heilige mist: ideaal om te vergeten waar ik mee bezig was, en perfect om nietsdoen te cultiveren tot een vorm van Zen die zelfs Boeddha zou doen fronsen.

Ik ben er goed in geworden. Pijnlijk goed. Zo goed dat ik zonder moeite het wereldrecord “schermstaren-met-diepzinnige-gedachten” zou breken. Alleen… de prijs ga ik niet ophalen. Ze mogen hem mailen. En mocht ik hem nooit openen — dan is dat geen luiheid. Dat is pure toewijding aan mijn levenswerk.

Vandaag doe ik niets. En geef toe: ik heb er hard voor gewerkt